Weg met de vlootwet

Uitgeverij Octavo - 1984

In de herfst van 1923 sloeg een golf van emoties door Nederland. Aanleiding: het besluit van het confessionele kabinet-Ruys de Beerenbrouck om de oorlogsvloot drastisch uit te breiden. De woorden ‘oorlog’, en ‘vrede’, en ‘bewapening’ lagen plosteling op ieders lippen. De afschuw van de regeringsplannen overheerste. Zeer massale protestdemonstraties volgden, de grootste telde bijna 80.000 deelnemers.

Petitionnementsacties leverden het unieke aantal van ruim 1,2 miljoen handtekeningen op ‘Tegen de Vlootwet!’. Het resultaat: na zeldzaam spannende kamerdebatten werd het wetsontwerp in de Tweede Kamer met één stem meerderheid (50-49) verworpen. Tien katholieken hadden met de oppositie meegestemd. Het kabinet trad af. De Vlootwet was van de baan.

In dit boek/dissertatie bechrijf ik de achtergronden van de bewapeningspolitiek die uitmondden in het indienen van de Vlootwet: Nederland’s internationale positie, de veiligheid van India, de marinelobby. Vervolgens de oorzaken van het succesvolle verzet ertegen. Wat waren de motieven van de oppositie (sociaal-democraten, communisten, plattelanders en liberalen) en van de katholieke ‘dissidenten’ om zich tegen de regering te keren? Het pacisme, de economische crisis, maatschappelijke teleurstelling of partijpolitieke angsten? En welke rol speelde de machtsstrijd tussen de coalitiepartijen, tussen ‘sterke man’ Colijn, De Geer en Nolens? De studie besluit met een schets van de gevolgen van de verwerping van de Vlootwet.

Link naar bron