Over mij

Op de bodem van de voormalige Zuyderzee – later bekend als de Noordoostpolder, en nu als Flevoland – ben ik geboren, in Emmeloord. Dit nieuwe land, op de tekentafel der ‘sociale ingenieurs uitgewerkt, was bedoeld als een succesvolle smeltkroes van alle gewesten en gezindten, met deze gezamenlijke droom: een betere toekomst voor heel Nederland.

Misschien heeft die omgeving de interesse gewekt in de betrekkingen tussen mensen en groepen. Die werden beïnvloed door hun vaak onbekende geschiedenissen. De uitkomst van dat samenleven werd daarom soms anders dan gedacht.

Geschiedenis was niet erg populair in die streek. Er was te veel horizon om naar te verlangen. De drang maar het ‘plus ultra’ – verder! – van de kolonistenzoon is naast die erkenning van de herkomst altijd gebleven. Misschien ging ik daarom ‘moderne geschiedenis’ studeren, in Amsterdam.

Daarna wisselden bibliotheek en actualiteit elkaar af. Na enkele jaren journalistiek besloot ik een proefschrift te schrijven. Onderwerp: de grote maatschappelijk-politieke strijd in de jaren twintig van de 20e eeuw rond de bouw van een oorlogsvloot om ‘Ons Indië’ te verdedigen. Een mooi intermezzo, dat blijvende inzichten opleverde in de onverwachte emotionele krachten die zich in sommige periodes plots kunnen breed maken in een samenleving.

Daarna werkte ik bij NRC Handelsblad, als buitenlandredacteur en later ook als onderzoeksjournalist. Veel over de wereld gereisd. Daar leerde ik dit: ‘Le peuple se trouve partout’: het volk is overal. De meeste mensen willen min of meer hetzelfde, maar de omstandigheden verschillen nogal, en de uitkomsten daarom ook.

Voor en tijdens de Val van de Muur (1989/1990) was ik correspondent in Oost-Berlijn, een opwindende tijd waarin ik aan den lijve ondervond wat opstand en revolutie betekenen. En privé kreeg ik twee dochters en een zoon, niet minder revolutionair in het leven!

In 1990 werd ik gewoon hoogleraar Geschiedenis van Maatschappij, Media en Cultuur aan de Erasmus Universiteit. Ik bestudeerde met name de wisselwerkingen tussen die elementen en de conflicten die deze opleveren. Ik heb naast mijn onderwijs, onderzoek en promoties ook de Postacademische Opleiding Dagbladjournalistiek (PDOJ) onder mijn hoede gehad. Zo bleven ‘de media’ deel uitmaken van mijn habitat.

Maar de drijfveren van de mensen zelf, de maatschappelijke veranderingen en de internationale constellatie zijn uiteindelijk belangrijker als het gaat om de vraag ‘wie beïnvloedt nu eigenlijk wie’? Die vraag is nog centraler komen te staan nu ik sinds 2015 hoogleraar Ontwikkelingen in de Publieke Opinie ben.

Mijn expertise wordt o.a. gevraagd op de volgende gebieden:

  • De politieke participatie en mobilisatie van burgers m.b.v. media en acties voor welk doel ook
  • De emotiecultuur, de veiligheidscultuur, de egocultuur en de hang naar geborgenheid
  • Openbaar bestuur in een veranderende samenleving (mediamaatschappij)
  • Politie, openbaar ministerie, rechterlijke macht & maatschappij en media
  • Conflicten op het gebied van cultuur, zoals vrijheid van meningsuiting, censuur en omstreden uitingen in woord, geschrift en kunst, in de multiculturele samenleving
  • De onzichtbare onderstromen bij schommelingen in de publieke opinie.

Henri Beunders op Wikipedia